De Zwangerschapskalender Bevalling helpt je in de laatste weken gefocust toe te werken naar een kalme, goed voorbereide geboorte. Geen overload aan medische termen, wel concrete stappen per fase: wat gebeurt er met je lichaam, welke signalen tel je mee, wat regel je nu en wat kan wachten? Gebruik deze gids als jouw compacte kompas vanaf ongeveer week 30 tot en met de eerste dagen na de geboorte.
Week 30–33: Rust en ritme vastleggen
Wat gebeurt er nu? Je buik groeit sneller, je ademhaling kan korter zijn en je slaapt onrustiger. De baby reageert duidelijk op aanraking en geluid.
Dit regel je:
- Zet vaste rustmomenten in je agenda (dagelijks 2–3 keer 20 minuten liggen met benen omhoog).
- Start met je bevalplan: wensen rond locatie, houdingen, wie erbij is, sfeer (licht, muziek), en communicatievoorkeuren.
- Oefen een eenvoudige ademritueel (bijv. 4 tellen in, 6–8 tellen uit) en koppel dit aan ontspanning van kaken en schouders.
Goed om te weten: Noteer duidelijke grenssignalen: hevige hoofdpijn, aanhoudende pijn rechtsboven in de buik, plots vochtverlies of fel minder leven voelen → bel je zorgverlener.
Week 34–36: Praktische voorbereiding afronden
Wat gebeurt er nu? De baby draait vaak in definitieve positie; jij voelt meer druk op bekken en rug.
Dit regel je:
- Tas klaar: ID, zorgpas, opladers, ruime kleding, babykleding (maat 50/56), rompers, luiers, warme deken.
- Ondersteuning: Spreek af wie je belt bij start van de bevalling (partner, buddy, oppas voor eventuele andere kinderen).
- Thuis voorbereiden: Bed op klossen (indien geadviseerd), looproute vrijmaken, nachtlampje, waterfles binnen handbereik.
Oefenen: 3 houdingen die veel mensen prettig vinden in ontsluiting: voorover hangen aan tafelrand, zittend op skippybal met wiegende heupen, zijlig met kussen tussen knieën.
Week 37–38 (a terme): Signalen herkennen en timing
Wat gebeurt er nu? Je kunt elk moment bevallen, maar gemiddeld start het later.
Startsignalen die tellen:
- Voorweeën vs. echte weeën: echte weeën worden regelmatig sterker en komen dichter op elkaar (bijv. 3–4 min. interval, 60 sec. per wee, gedurende 1 uur).
- Vruchtwater: helder of rozig vochtverlies → noteer tijd en kleur, bel je verloskundige. Groen/bruin vocht of koorts → direct bellen.
- Bewegingen: blijven aanwezig; voel je duidelijk minder, neem dan contact op.
Dit regel je: Leg een simpele “eerste uur”-routine klaar: douchen/warmte, licht eten/drinken, ademtempo aanzetten, beweging en rust afwisselen.
Week 39–40: Fijnslijpen en focussen
Micro-checklist per dag:
- 10–15 minuten rustige beweging (wandelen, cat-cow stretch, heupcirkels).
- Hydratatie + zoutje (om flauwigheid te voorkomen).
- Visualisatie: stel je voor hoe je weeën komen en gaan als golven; je lichaam opent, je baby daalt in.
Omgevingsscript (voor partner/buddy): “Ik houd de kamer stil, zorg voor water, masseer onderrug bij weeën, herinner aan ademhaling, bewaak de ingang van de kamer en neem de telefoon aan.”
Week 41–42: Wachten met beleid
Wat gebeurt er? Overdragen en plannen komen ter sprake. Blijf kalm: elke dag kan de dag zijn.
Wat je nu doet:
- Dagelijks contactmoment (of volgens afspraak) met zorgverlener voor beleid.
- Blijf bewegen, warm douchen, ontspannen; stress remt oxytocine.
- Herlees je bevalplan en benoem 3 “must-haves” (bijv. privacy, bewegingsvrijheid, heldere updates).
Pijnverlichting: van natuurlijk tot medisch
- Niet-medisch: warmte (douche/bad), tegendruk en massage, TENS, ademritmes, lage tonen (hummen), houdingswissels, rustige prikkels (donker/veilig).
- Medisch (in overleg): lachgas, ruggenprik, andere medicatie. Noteer je voorkeuren en grenzen in je bevalplan; flexibiliteit blijft key.
Bevalplan: kort en krachtig (1 pagina)
- Wie & waar: namen, rol, contact.
- Sfeer: licht/muziek, zo min mogelijk interrupties, duidelijke updates.
- Houdingen & beweging: voorkeuren, hulpmiddelen (bal, kruk, bad).
- Medisch beleid: voorkeur bij inleiden, pijnstilling, knippen/hechten, navelstreng uitkloppen.
- Golden hour: huid-op-huid, eerste voeding, minimale verstoring.
Wanneer bel je direct?
- Vruchtwater met groen/bruin kleur of onfrisse geur.
- Koorts, hevige vaginale bloeding, scherpe continue buikpijn.
- Aanzienlijk minder leven voelen.
- Weeënpatroon: 3–4 minuten, 60 seconden, gedurende 1 uur (tenzij je andere instructies hebt gekregen).
De eerste 48 uur na de geboorte
- Herstelbasis: eten/drinken naast het bed, plassen binnen 6 uur, schone en droge omgeving, wond- of hechtingszorg volgens advies.
- Hechting: huid-op-huid, ongestoord eerste uur, contact in eigen tempo.
- Voeding: vraag tijdig hulp bij aanleggen of flesplanning; kleine aanpassingen maken groot verschil.
- Grenzen bewaken: bezoek doseren; gebruik een codewoord met partner (“pauze”) om rust te pakken.
Snelle checklist: Zwangerschapskalender Bevalling in één oogopslag
- Week 30–33: rustblokken, ademritme, bevalplan schetsen.
- Week 34–36: tas klaar, thuis logisch inrichten, houdingen oefenen.
- Week 37–38: signalen en timing kennen, eerste-uur-routine klaarleggen.
- Week 39–40: focussen, dagelijkse micro-zorg, partnerscript afstemmen.
- Week 41–42: afspraken en beleid volgen, soepel blijven.
- Altijd: bij alarmsignalen direct bellen.
De Zwangerschapskalender Bevalling is geen vervanging van medisch advies. Volg altijd de instructies van je eigen zorgverlener.